banner

Met Speer naar Zeeland

Dinsdag 2 juli 2019

Amsterdam

Aangekomen bij Speer wordt alle bagage in de boot gebracht. Hiervoor hebben we 4 wagentjes nodig, terwijl al het bier, water en wijn al aan boord is. Van de kleding zal ongetwijfeld meer dan de helft niet gebruikt worden. Alles wordt door Marianne en Ineke ingeruimd en zeevast gestuwd. Water en brandstof tank zijn gevuld en we zijn er klaar voor.
Het plan van dit jaar is om door Zeeland te zwerven en voor de verandering eens geen haast te hebben. We starten buitenom over de Noordzee en terug zien we wel.
Om elf uur vertrekken we met een stralende zon uit onze thuishaven Ketelhaven. De wind staat gunstig en na het passeren van de Ketelbrug gaan we onder vol tuig op weg naar Amsterdam. Speer loopt af en toe zelfs boven de 7 knopen.
Aangekomen bij Lelystad gaat de stuurboord Houtribsluis voor ons open en mogen we voor de binnenvaartschepen direct achter de brug gaan liggen, want die staat nog open. Deze snelle passage is een goed begin.
De wind blijft gunstig en we gaan in een rechte lijn naar de Scharwoude brug van Amsterdam. Doordat we door de grote vaargeul varen hebben we geen last van Fonteinkruid, de plaag van het Markermeer. Als we bij de brug aan komen staan de lichten al op groen en kunnen we zo door naar de Oranje sluizen direct daar achter. Ook die staan met open deur van de jachtensluis op ons te wachten. Het is erg stil in de sluis, er worden maar een paar scheepjes samen met ons geschut.

Dan nog een stukje over het IJ voor we om half acht aankomen in de Six haven. We zien geen havenmeester, maar wel een lege box vooraan de eerste steiger. We draaien er in en maken vast. Even later komt de havenmeester toch even kijken. We herkennen hem niet direct omdat hij zijn schippers pet niet op heeft. “Veel te warm” zegt hij. We blijken het laatste beschikbare plekje te hebben gevonden aan een eigenlijk te grote steiger, maar omdat we de volgende morgen weer vertrekken mogen we blijven liggen. Door onze opmerking over zijn pet, zien we hem een uur later toch weer in vol ornaat over de steigers lopen. We genieten van de rust in de haven en het mooie weer met het gegil van de waaghalzen op de schommels boven op de Amsterdam toren. We sluiten de dag af met een glaasje Whisky en Berenburg en gaan dan te kooi.

Woensdag 3 juli 2019

IJmuiden

Als we wakker worden is nog steeds heerlijk weer en na het douchen ga ik op pad, om bij de Turkse bakker om de hoek heerlijke broodjes te halen. Om half elf maken we los en gaan via het IJ en het Noordzeekanaal richting IJmuiden.
Rustig varen we op de motor over het Noordzeekanaal, dat met al zijn havens en maritieme industrie altijd weer boeit. Via de marifoon horen we ook steeds wat er gebeurt en in en uit de havens vaart.
Hans gaat op zoek naar de Noordzee kaarten van de 1800 serie die we straks nodig zullen hebben maar kan behalve de IJsselmeer kaart helemaal niets vinden. Shit: alle kaarten liggen nog thuis en dus moeten we nieuwe kopen.

We gaan bij de Wim Thomassen haven stuurboord uit richting Zaandam, om aan te leggen bij Dekker Watersport. Daar kopen we uit de nieuwste 1800 serie de kaarten van de Noordzee en alles van Zeeland. Gelukkig is er dit jaar weer een hele verse serie uitgekomen, dat spaart een hoop bijwerken.
Aangekomen bij de Zeesluis van IJmuiden moeten we even gaande houden, maar dan mogen we in ons eentje in de grote Stuurboord sluis, die toch naar buiten moest schutten om een vrachtvaarder van buiten naar binnen te brengen. Als dat zo door gaat…….

We steken dan de Marina in en liggen om drie uur mooi vooraan aan de M steiger, dicht bij het sanitair en het strand.
Als we ons hebben aangemeld bij de havenmeester wandelen we naar het strand en reserveren een tafeltje bij de strandtent “Noordzee”, waar we ’s avonds heerlijk vis eten en van de ondergaande zon genieten.

Donderdag 4 juli 2019

Scheveningen

Om te kunnen profiteren van het afgaand tij besluiten we om vroeg te vertrekken, dat wil zeggen nadat ik broodjes heb gekocht bij het supermarktje bij de haven. Half negen gooien we los en gaan op weg. We hebben de stroming inderdaad mooi ruim 1.5 knoop mee, maar de wind valt tegen. Het waait uit ZW en dus doen we voor een betere zichtbaarheid het grootzeil wel omhoog maar varen op de motor. Het laatste uur draait de wind volgens verwachting naar het Westen en kunnen we nog een uur heerlijk zeilen. De motor gaat uit en de rust komt over het schip.

Om één uur vragen we toestemming aan de verkeerscentrale Scheveningen of we naar binnen kunnen. Er zijn geen bijzonderheden en we varen we tussen de havenhoofden de Scheveningse haven binnen op weg naar de jachthaven. Omdat we zo vroeg zijn is het nog erg rustig in de haven en hebben we een plekje direct bij de trap naar boven. We boeken gelijk 2 nachten omdat we Den Haag in willen. De dames gaan shoppen op de Haagse Markt, waar ongelooflijk veel verse groente, fruit en allerlei andere leuke dingen te koop zijn. Het is immers de goedkoopste markt van Nederland en er loopt een mix van de wereld bevolking rond, waar de producten ook op af gestemd zijn.

   

Het rubberbootje dat we dit jaar voor het eerst achter ons aan slepen, wordt gebruikt om door de haven te roeien. Eten doen we bij “Simonis aan de haven” en wel een portie gebakken garnalen met friet. Wat een enorme porties geven ze daar, je houdt er altijd zoveel van over dat ze standaard doggy-bags hebben klaar liggen.

 

Zaterdag 6 juli 2019

Rotterdam

Ook als we zaterdag ochtend uit Scheveningen vertrekken is het nog steeds rustig in de haven. De vakantie in Zuid Nederland moet duidelijk nog beginnen.

Half elf vertrekken we richting Rotterdam. Als we buiten de haven hoofden komen, worden we gelijk al begroet door een nieuwsgierige zeehond. Het zeil gaat omhoog en de motor uit. Het genieten gaat weer beginnen.
Het varen op de Nieuwe Waterweg naar Rotterdam staat al lang op onze Bucket List. Dit jaar gaan we het dan eindelijk doen.

       

In plaats van de Maasmond over te steken zoals we eerder altijd deden, gaan we nu richting van de havenhoofden en melden ons via de marifoon bij de Sector Maasmond. We krijgen te horen dat we de bij noordelijke oever de rode boeien lijn moeten volgen tot de Berge haven en dan oversteken naar de groene boeien lijn. Daar gaan we ook op marifoon kanaal 65 over. De Nieuwe Waterweg is in een aantal sectoren verdeeld en elke sector heeft zijn eigen marifoon kanaal, waar je op moet uitluisteren. Het is helaas niet erg druk met grote zeevaart op de Waterweg. De Maasvlaktes zitten achter de scheidingsdam en dus zien we daar niet veel van.

   

We komen langs de Zuid Hollandse Waterkering, die vanaf het water echt indrukwekkend is. Wat een prestatie om zoiets te bedenken en ook uit te voeren.

       

Dan passeren we Maassluis en ik zie in de haven een bekend silhouet, dat daar van de kade losmaakt. Een fantastisch gezicht, de zeesleper Elbe komt de Nieuwe Waterweg op en komt achter ons aan. Ze staat helemaal vol met liefhebbers, die een rondvaart naar Rotterdam gaan maken. Omdat ze heel kalm aan doet, vaart ze lang in onze buurt en kunnen we er lang van genieten.

   

Als we in de buurt van het Botlek gebied komen wordt het leuker. Enorme bulk carriers liggen langs de kant, waar wij echt klein duimpje bij lijken. Vooral zo’n enorm anker en dat flatgebouw van een opbouw is overweldigend.

       

Dan komt de skyline van Rotterdam in zicht met de Erasmus brug en de Euromast.
Typische Rotterdamse zaken als de Splashbus en de Spido rondvaartboot komen voorbij.

Bij de Maashaven zien we de s.s. Rotterdam liggen en we draaien we de haven in om een rondje langs de trots van Rotterdam te doen. Op 31 augustus wordt het jubileum van de KPM vereniging gevierd met een feest op de Rotterdam. Ineke en ik zullen daar bij zijn. We slapen dan aan boord. Dat belooft een prachtig feest te worden.

   

Dan steken we over naar de noord kant op weg naar de beroemdste haven van Rotjeknor, de Veerhaven. Ook hier is het weer erg rustig en we hebben geen moeite om een mooi plekje te vinden in deze schitterende haven, met zijn historische drijvende haven gebouw. De vriendelijke havenmeester staat ons al op te wachten en helpt bij het aanmeren.

We raken in gesprek en ik zeg dat ik in deze omgeving hoop te scoren met mijn KJCPL vlag in de stag om collega’s te ontmoeten. Zegt hij: “Heb jij gevaren dan?” Ik zeg: “Ja bij de KJCPL”.

Hij weer: “Ik ook”. We blijken in ongeveer de zelfde periode (zeventiger jaren) en voor een deel op de zelfde schepen te hebben gevaren, zoals de Straat Agulhas. Hij heeft als stuurman gevaren, terwijl ik werktuigkundige was. Het wordt een mooi en langs gesprek en ik wijs hem op mijn website VarenIsFijner, die hij nog niet blijkt te kennen. Hij gaat ’s avonds gelijk kijken en vindt zichzelf terug in de ranglijsten enzo.

 

‘s Avonds komt er nog een zeilboot binnen varen en als hij aan de steiger ligt komt er een enorme politie boot de haven in, twee man in vol ornaat stappen aan de wal en de schipper van de zeilboot gaat op hun af. Ze komen voor hem en gaan bij hem aan boord. Er wordt flink gecontroleerd zoals tussen het grootzeil. Later kwamen we te horen dat ze een bekeuring hadden gekregen van €200 voor het motor zeilen zonder kegel in de stag. Merkwaardig dat daar zo voor gezocht moest worden aan boord, maar het zal wel waar zijn geweest.

     

De volgende dag wandelen we door het centrum van Rotjeknor. Alles is van uit de Veerhaven op loopafstand. Onder aan de Erasmus brug bij de Spido terminal staat een ouderwetse RET tram, die speciaal voor de toeristen rijdt. We gaan via het Maritiem Buiten museum naar de beroemde Markthal. Daarnaast is een markt, waar we een nieuw slaapkussen scoren. Ineke had een oud kussen mee, maar dat was niet echt meer wat en je kreeg er ook pijn van in de nek.

   

Op de terugweg komen we door een oud deel van Rotterdam dat het bombardement heeft overleeft en we eten en drinken wat op een gezellig terras, “Thuis bij Schell“. Terug lopend komen we langs het Odd Fellowhuis van Rotterdam, dat vlak achter de Veerhaven staat.

 

Terug op de boot zwemt er een eend met 9 pulletjes en die moeten uiteraard gevoerd worden.

Maandag 8 juli 2019

Oud Beierland

Door het tij op de Nieuwe Maas en Oude Maas moeten we vroeg weg. Ik sta al voor 8 uur bij de bakker en zodra ik weer aan boord ben wordt de motor gestart en zijn we los.

Het doel van deze vakantie is onbekend vaarwater bevaren en onbekende havens bezoeken, daarom gaan we via de Oude Maas naar Oud Beierland en daarna via het Spui verder. De Lek en de Noord hebben we in het verleden al eerder bevaren.

     

Na een stuk Nieuwe Maas gaan we bakboord uit de Oude Maas op, daar komen we de Botlekbrug en Spijkenisse brug tegen. Het stroomt een dikke 3 knopen mee en wachten voor de brug is een uitdaging. Achteruit varend stuurt Speer nou niet echt lekker en we draaien regelmatig een rondje.

Achter ons komt een kustvaarder aan, die ook onder de bruggen door moet. De brugwachter raadt ons aan achter hem aan de bruggen te passeren, ondanks dat hij nog een flink stuk van ons af is als de brug al open is. Toch merken we dat dit met die enorme stroming een zinnig advies is, want als wij onder de Botlek brug door gaan is hij al bijna bij de Spijkenisse brug.

Van de andere kant komt eerst een klein werkscheepje, maar daar achter zien we een groot vrachtschip met 2 slepers er aan vast aan komen, die er ook nog door moet. Zo blijven beide bruggen wel 3 kwartier geopend en al het verkeer moet gewoon wachten.

 

Het weer is bewolkt en de wind komt zoals vaker uit de richting waar we heen moeten, dus blijft de motor bij, zij het op een laag toerental. Door de stroming gaan we toch vlot over de Oude Maas. We gaan stuurboord uit een klein stukje het Spui op en dan is aan bakboord al gauw de ingang van de haven. We komen om elf uur in Oud Beierland aan. Door een wat stugge havenmeester krijgen we een plek aangewezen. De faciliteiten in het haventje zijn minimaal en drinkwater is er alleen op de steiger aan de overkant. De tank is bijna leeg, dus gaan we even naar de overkant. Tijdens het water tanken komt er een groot motorjacht binnen die, net als wij overigens, alleen in de korte voorkant van de haven terecht kan (voor schepen langer dan 10.5m). Gelukkig gaat hij niet op ons eigenlijke plekje liggen en als de watertank gevuld is, leggen we weer aan de andere steiger aan, want daar is weer het sanitair.

   

Het plaatsje Oud Beierland heeft een verbazend actieve winkelstand met veel leuke en gevarieerde winkels. Het heeft dan ook een groot verzorgingsgebied en kent nauwelijks leegstand.

Dinsdag 9 juli

Willemstad

Om elf uur vertrekken we uit Oud Beierland en gaan nog een klein stukje over de Oude Maas en het Spui op richting het Haringvliet. Het tij werkt goed mee, want er staat weer een flinke stroming, hoewel we niet kunnen zeilen door de wind van 2 Bft uit NW. Eenmaal op het Haringvliet varen we naar het oosten en hijsen de zeilen. De motor kan uit en met een kalm gangetje varen we het ruime wind en later zelfs voor de wind naar de Haringvliet brug. We zetten een waypoint voor de brug zodat we weten hoe laat we daar zijn voor de openingstijd. Er varen nog een tweetal zeilboten met ons mee en als we bij de brug zijn heeft die de lichten al op rood/groen staan. Zonder veel oponthoud zijn we er doorheen en steken we schuin het Hollands Diep over richting Willemstad.

   

We krijgen een mooi plekje vooraan in de Marina en liggen om half drie aan de steiger. Dan kunnen we onze boodschappen doen bij de Jumbo voor de specialiteit van Hans, Hamburgers!

   

’s Avonds gaan we Willemstad in om een terrasje te pakken. Onder de molen is een kudde schapen het gras aan het maaien en de molenwieken zitten vol met vogels.

Woensdag 10 juli

Bruinisse

Als we wakker worden is het helemaal bewolkt. Broodjes haal ik bij de Jumbo en we ontbijten weer aan dek, want de temperatuur is prima. Ineke en Marianne föhnen hun haar en Hans en ik vullen de watertank nog maar eens bij. Om half elf is alles gereed en maken we los en gaan op de motor naar de Volkerak sluizen, die liggen hier vlak om de hoek. Jachten met een hoogte tot 18.5 meter maken gebruik van de jachtensluis met vaste brug. Speer komt 17.2m hoog en dus gaan we in de jachtensluis. Tot onze nog altijd grote verbazing is het nog steeds rustig op het water. Er liggen weliswaar flink wat schepen in de sluis, maar die is nog lang niet zo vol als we gewend zijn. Het schutten verloopt vlot en we kunnen door over het Volkerak naar de Krammersluis. De wind is ZW2 dus zeilen is er helaas niet bij.

Het ellendige bellen gordijn van de Volkerak sluizen is niet meer in werking gelukkig zodat de schutting een makkie is. 2 jaar geleden zorgde dit bellengordijn, dat bedoeld was om zoet en zout water tijdens de schutting te scheiden, voor veel trammelant bij het in- en uitvaren. Boten werden heen en weer geslingerd en als je er in kwam te liggen zoog de motor lucht in plaats van koelwater aan met alle ellende van dien. Dan volgt de derde sluis van vandaag, Bruinisse. We kunnen met de eerst volgende schutting mee en gaan de Marina in.

 

Omdat Hans aan zijn heup is geopereerd, krijgen we een ligplaats in het kommetje voor het restaurant.

   

Als we aangelegd zijn zien we op het achterschip een waterspoortje lopen uit de ontluchting van de boiler. Dat moet wel een lekke overstortklep zijn. We maken er een foto van en gaan naar de watersportwinkel op het terrein. Die hebben niet wat we nodig hebben, maar we worden verwezen naar de Volvo Penta dealer, ook op het terrein, omdat de boiler een Volvo boiler is. Daar hebben ze wel een overstort klep van 3 bar, maar het is niet zeker of de draad de goede is. Dus zit er niets anders op dan de oude er eerst af te halen. Dat blijkt nog een heel karwei, omdat de afvoerbuis niet los wil en met afvoer kan de kraan niet een hele slag rond worden gedraaid. De koperen afvoerbuis wordt er afgezaagd en met veel geweld kunnen we de oude klep er af krijgen. Er is kit gebruikt in plaats van Teflon tape. De sukkels. De nieuwe klep blijkt de juiste draad te hebben en met een nieuwe verloop voor de afvoerslang is alles weer als nieuw. De waterdruk gaat er op en alles blijkt dicht te zijn.

   

Op onze wandeling naar het dorp komen we langs een mossel groothandel die ook aan particulieren verkoopt. Op de vraag of we 4 kilo moeten reserveren beginnen ze daar te lachen. “Al wou je er 4000 kilo hebben!” De volgende dag varen we met het rubber bootje, waar intussen de buitenboord motor weer op zit, naar de aanleg steiger van de mossel handelaar.

We halen op advies 4 kilo hang-cultuur mosselen met groente en sausjes. Ineke maakt ze op haar vertrouwde manier klaar, gekookt met de groenten in witte wijn. Hiervoor hebben we speciaal een hele grote pan aan boord, waar 2 kilo in één keer in kan. Nog nooit hebben we zulke fantastische mosselen geproefd. Groot, zacht en heerlijk van smaak, waarbij je nauwelijks sausjes nodig hebt. Een ware beleving.

   

Vrijdag 12 juli

Brouwershaven

Om half één maken we los in Bruinisse om een heerlijk middagje te zeilen op de Grevelingen. We hebben de buitenboordmotor op het rubberbootje laten zitten, maar dat blijkt niet zo’n goed idee. Het geeft veel weerstand en aan de ogen van het bootje wordt te hard getrokken. We keren om en gaan de marina weer in om het motortje weer op onze zeereling te zetten.

 

Dan gaan we weer naar buiten, waar een meeuw besluit om met ons mee te liften op de reling.

De wind is NW5 en we hebben het eerste rif er in gestoken. Laverend koersen we richting Brouwershaven. De Grevelingen is het grootste zoutwater meer van West Europa en een prachtig vaargebied. De goed betonde geulen zijn breed genoeg om te laveren en het wordt een heerlijke middag. Zo langzamerhand komen er ook meer zeiltjes op het water tevoorschijn. De vakantie in het Zuiden is begonnen.

   

Dan zijn we bij het smalle betonde geultje van Brouwershaven. Om kwart voor vier liggen we op een prachtig plaatsje mooi aan het begin van de steiger. Hier vallen we met onze neus in de boter, want vandaag en morgen zijn de Brouwse dagen. Een feest met kraampjes langs de hele oude haven, oude auto’s en stationaire motoren. Ook staat er een enorme muziek tent waar vanavond een grote Zeeuwse band optreedt.

     

De markt op zaterdag is weliswaar het bekende werk, maar Marianne en Ineke weten toch wel het één en ander te scoren aan cadeautjes voor het thuisfront. Er is ook een grote bak met water waar modelboot bouwers hun scheepjes laten varen. Wat een vakmanschap was daarbij te zien. Onderweg komen we een dweilorkest tegen en gaan dan naar de grote muziek tent.

’s Morgens om tien uur en om twee uur was er al een repetitie maar om 4 uur het grote optreden. Het was al de veertigste Play-In, waar dit keer 167 muzikanten van verschillende orkesten aan mee deden. De instrumenten waren blazers en percussie, het repertoire gevarieerd van klassiek tot een Eagles-medley. Eerst wordt het geheel begeleid door een gecombineerde drumband met een licht amateur gehalte, maar als daarna het orkest zelf aan de gang gaat, komt het goed tot z’n recht.

 

’s Middags profiteren we van een prima WiFi verbinding en kijken de kwalificatie van de Formule 1 in Silverstone. Wat kan techniek het leven toch prettig maken.

Zondag 14 juli 2019

St. Annaland

Om twaalf uur gaan we op weg naar de Oosterschelde en met een wind uit NNW 5 Bft kunnen we heerlijk zeilen naar St. Annaland oftewel “Stallan” zoals de Zeeuwen het noemen. Het doel om zo min mogelijk motor uren te maken wordt weer waargemaakt. Door het mooie weer is het eindelijk iets drukker in de Bruinisser sluis. Bij St. Annaland moeten we exact tussen de tonnen blijven volgens de aanwijzingen want het is er erg ondiep buiten de geul.

   

De haven is een mooie moderne Marina op loopafstand van het dorp. Het restaurant heeft een mooi terras dat over de Oosterschelde uitkijkt. Wij vinden het echter minstens zo gezellig om lekker aan boord eten klaar te maken en in de kuip te eten. Dus maken Hans en ik een lekkere kipfilet met Gorgonzola-saus en een salade met heerlijke dressing. We hebben op de Haagse markt verse knoflook gekocht, waar het sap uit druipt als je hem snijdt. Drie flinke tenen voor de saus van het vlees, oei dat ruikt al verrukkelijk. Ik snijdt de dingen voor de salade, waaronder twee tenen knoflook. Alles in de schaal en dan maar mengen. Nu de dressing nog.

Hans vraagt waar de knoflook voor de dressing is, ik zeg in de bak met sla. Fout, die was voor de dressing. Nou dan nog maar een flinke teen voor de dressing. We hebben gesmuld, maar het dode vogeltje in de mond de volgende morgen sprak boekdelen.

Maandag 15 juli 2019

Yerseke

Op zondag is in St. Annaland alles gesloten dus zijn we genoodzaakt om alle boodschappen op maandag morgen te doen. In het dorp is een Jumbo (die komen we bijna overal tegen tegenwoordig) waar we de benodigde ingrediënten halen en ook onze bier en wijn voorraad flink aanvullen. Er is zelfs een slijterij. We stappen daar binnen om een paar nieuwe flesjes te halen. Binnen is het prachtig klassiek ingericht en ruikt het naar Sandelhouten sigaren kistjes. Nostalgische gevoelens komen bij ons naar boven. Gelukkig heeft de vriendelijke eigenaresse de goede merken voor ons in huis en tevreden keren we weer aan boord terug. Ook vullen we de brandstof voorraad nog wat aan met 10 liter tankjes diesel bij het tankstation naast de Jumbo.

Dan kunnen we weer op pad.

Om 12 uur is alles aan boord en zijn we gereed om te vertrekken. Op naar Yerseke. Het waait 4 Bft uit het noorden dus het zeil gaat alweer omhoog. We hebben een heerlijke tocht over de Oosterschelde. We passeren Wemeldingen, waar de controlepost voor dit vaargebied zit en bereikbaar zijn via marifoonkanaal 68. Eén maal per uur verzorgen ze hier vandaan ook het weerbericht en de waterstanden. Direct daarna is de ingang van het kanaal door Zuid Beveland, maar wij gaan verder door naar Yerseke. Ook hier weer een smalle aanloop geul naar de haven die bij laagwater erg link is. Als we tegen drieën aan komen is het echter hoogwater en dus is er niets aan de hand.

   

De haven bestaat uit drie delen, links de Prins Willem Alexander haven voor de kleinere schepen, rechts de Koningin Juliana haven voor de Vissersschepen en in het midden de Prinses Beatrix haven waar wij naar binnen moeten. Het is mooi aankomen tussen al die bedrijvigheid van de visserij en we krijgen een schitterende plek recht onder het havenkantoor.

Even later komt er een prachtig houten zeilscheepje naast ons aanmeren en tot onze verbazing heet die ook Speer. Wat een toeval.

Yerseke is het centrum van de mossel- en oesterteelt. Op de dijk is een hele reeks vis restaurantjes en terrasjes. De achterste is tevens het Oester museum, De Oesterij, waar ze laten zien wat er allemaal bij komt kijken voordat de oester op je bord ligt. Rond 1870 is er door twee adellijke heren flink geïnvesteerd om de oesterteelt te verbeteren. Het gebeurde tot dan in open getijde water en door het bouwen van oesterputten kon men makkelijker en regelmatiger oesters kweken. Dit werd de welvaart van Yerseke.

Nadat we ons voorgenomen hadden om straks oesters te gaan eten, liepen we van het Oestermuseum naar het Oosterschelde museum. Langs de lage huisjes, restaurantjes en winkeltjes naar de kerk, want daar was volgens de brochure het “Oosterschelde Museum”.

   

In het voormalige gemeentehuis aan het Kerkplein troffen we inderdaad het museum. Op de deur was kenbaar gemaakt dat we onze tickets (geen “kaartjes” maar “tickets”) moesten halen bij het VVV. Handig!? Aan voorbijgangers maar gevraagd waar het VVV was, dat bleek in het museum te zijn, voor onze neus. Binnen troffen we inderdaad in de kamer rechts het VVV.

Kaartjes, sorry “tickets” kochten we er voor €4,- (museum jaarkaart niet geldig) en dus richting de kamer links: het museum.

De VVV medewerkster vroeg of we een rondleiding wilden. Nu, dat leek ons wel handig. Ze liep de grote trap op naar boven en kwam na enig wachten met onze gids naar beneden. Een mevrouw van minstens onze leeftijd en vol enthousiasme ging ons voor naar de linker kamer.

“Tja, waar beginnen we?” vroeg ze, “er is zoveel gebeurd in Yerseke.” Ze besloot het verdwijnen van de kerktoren als startpunt te nemen. “De toren,” vertelde ze, “is door de Engelsen beschoten in de oorlog. En dat was omdat……” Hier stokte haar verhaal met een plotselinge overdenking, onder de woorden “Hoe zat het ook alweer?”.

Dit patroon herhaalde zich bij elke opstelling in de linker kamer, bij de kerk, de mosselteelt en het enorme schilderij van Yerseke aan de muur en ook bij het bedienen van de media middelen. Zodoende moesten wij onze info toch steeds van de bijhangende kaartjes halen. Bij de kerk besloot Marianne dat de Engelsen dachten dat de Duitsers in de kerk zaten. Deze suggestie werd door onze gids als het waar gebeurde verhaal overgenomen. Interessant!

Na het weigeren van de beamer en een uiteenzetting hoe het grote schilderij van de linkerwand naar de rechterwand was verplaatst, mochten we naar het andere gedeelte van het museum. Dit bleek de rechter achterkamer van het gemeentehuis te zijn. Gevieren schaarden we ons rond een grote maquette van het stadje Reimerswaal. We waren benieuwd hoe het plaatsje door overstromingen uiteindelijk was verdronken. In plaats daarvan kregen we een uiteenzetting over hoe knap de maquette was gemaakt. Boompjes van sponsjes en koperdraadjes etc. Heel veel werk volgens onze gids. Op onze vraag waarom Reimerswaal toch dit ongelukkige lot had getroffen, antwoordde ze, dat bij het aanleggen van de dijken steeds een nieuwe overstroming de dijken weer weg spoelde. Toen zijn ze er maar mee opgehouden.

In de kamer stond ook nog een groot LCD scherm en dus vroegen we of we de film mochten zien. Wellicht werd dan duidelijk voor welke echte dilemma’s de bewoners van Reimerswaal hadden gestaan. Samen kwamen we uit de werking van de afstandsbediening en bij het starten van de film verliet onze gids de zaal en wenste ons nog veel plezier.

   

Op 4 stoelen zaten we even later naar een uitgebreide uiteenzetting te kijken van de geschiedenis van Reimerswaal en de vele dorpjes daaromheen en het veranderen van het land(zee) schap bij elke overstroming. Bij het volgen van het verhaal stuitten we op twee probleempjes. Ten eerste was de uitleg bij de onbegrijpelijke kaarten in plat Zeeuws. Onverstaanbaar. Ten tweede was de ondertiteling net onder de rand van het scherm, zodat we alleen de bovenrand van de bovenste regel konden zien.

Na vijf minuten ingespannen kijken naar het wisselen van de vele kaarten en het luisteren naar een overstaanbare taal, keken we elkaar aan met “Wat zitten we nu in hemelsnaam te doen?” De meiden kregen een spontane slappe lach bui die niet meer op hield. Met twee gierende vrouwen verlieten we dit mooie pand in Yerseke.

 

Op naar de Oesterij waar Hans en ik van plan waren om verse oesters te proeven. We bestellen een proeverij van 3 soorten, een Franse, een Ierse en een Zeeuwse oester. Een glas koele witte wijn hoort er natuurlijk ook bij. De dames moeten niet aan oesters denken en bestellen wat ander lekkers. Verser dan dit krijg je ze niet en we smullen van deze lekkernij. De Zeeuwse oester vinden wij allebei de overwinnaar.

 

Het verenigingsgebouw heeft een gezellige bar, waar we ’s avonds een heerlijk biertje (Duvel en Leffe Blond) nemen. Het vrijwilligers echtpaar dat de tent beheert is zeer spraakzaam en samen met een Belgisch echtpaar hebben we veel schik.

De tweede avond doen we het nog eens over. In de haven is die dag een groot charterschip binnen gekomen met mensen met een beperking aan boord. Eén van hen loopt in een compleet uniform met pet en twee dikke strepen op zijn mouw. Trots als een pauw paradeert hij over de steigers. Als hij ’s avonds in de bar verschijnt wil Ineke een foto van hem maken. Daar krijgt de “kapitein” de smaak van te pakken. Even later moeten er voor hem zelf nog foto’s worden gemaakt met de aanwezige dames naast hem. Als hij vraagt of ze ook bij hem op schoot willen op de foto is de grens bereikt. Pech voor hem. Het is nog laat geworden!

Woensdag 17 juli 2019

Numansdorp

 

In Yerseke hebben we het verste punt van onze reis bereikt. Hierna gaan we stap voor stap weer naar het noorden. Om twaalf uur vertrekken we met een stralende zon onder zeil naar de Krammersluis. Het doel was Dinteloord, maar ondanks de windstilte zijn we al om twee uur voor de ingang van Dintelsas en besluiten we door te varen door de Volkerak sluis en in Numansdorp af te meren. Een sloot met een lange steiger met boxen vormt de jachthaven. Het dorp heeft een lange winkelstraat met veel winkels en eettentjes. We willen buiten eten en hebben zijn in een frietje, dus komen we bij de Snackbar terecht. Ook hier zoals veel snackbars in Nederland is de eigenaar Chinees en dus staat er een heerlijke saté op het menu en ze schenken Duvel koele witte wijn. Een bakker voor de volgende ochtend vinden we vlak bij de haven. Dat scheelt weer, want de supermarkt is nog een flink eind lopen.

Donderdag 18 juli 2019

Dordrecht

Op een of andere manier mist Marine Traffic af en toe een deel van ons traject, terwijl de AIS toch echt aan staat. Zo ook hier weer: het stuk Yerseke tot de Krammer sluis ontbreekt helaas.

De douche is beperkt tot één voor de mannen en één voor de vrouwen, maar de straal water die er uit komt spuit het haar van je hoofd, zo hard. Heerlijk! Dan broodjes halen en ontbijten. Om kwart over elf vertrekken we uit Numansdorp.

 

Het is licht bewolkt, maar er staat een 5 Bft uit het westen. Hierdoor kunnen we met ruime wind het Hollands Diep over. Het hele tuig gaat omhoog en we zeilen geweldig. We houden hier de rode boeien lijn van de noord oever aan, om daarna de Dordtse Kil in te gaan naar het Noorden. Bij de Dordtse Kil aangekomen gaat het grootzeil eraf en op de fok geholpen door de motor op een heel laag toerental en een flinke stroom mee, gaan we langzaam op weg naar de Dordtse brug. We zijn er zowiezo te vroeg en moeten wachten op de doorgang.

 

Eenmaal door de brug gaan we de middelste jachthaven in, die van de Kon. Dordtse Roei- en Zeil Vereniging. Omdat het er al redelijk vol is hebben we geluk en mogen aan de binnenkant van de meldsteiger aanmeren. Ineke en Marianne maken van de gelegenheid gebruik om de was te draaien. Twee machines vol en dan drogen. Hans en ik halen het rubber bootje op de steiger. Omdat we die niet meer zullen gebruiken kan hij worden ingepakt. De bodem is door het lang drijven behoorlijk vies geworden. Schoon en droog gaat hij in de zak en op het dek vast geknoopt.

Vrijdag 19 juli 2019

Rotterdam

Na een rustig ontbijt maken we om 11 uur los en vertrekken bij een zonnig weer op de motor.

 

Van af de Oude Maas bij Dordrecht gaan we bakboord uit de Noord op, waar we de smalle geul aan bakboord kiezen. Die is wat rustiger wat verkeer betreft. We doen heel kalm aan, want we zijn veel te vroeg voor de brug bij Alblasserdam. Die draait om kwart over twaalf en we moeten Speer wat gaande houden op de stroom. Er verzamelen zich aan beide zijden van de brug wat meer schepen en als hij open is, gaat het met twee-richtingsverkeer vlot onder de brug door.

     

Onderweg passeren we een gebouw dat er uitziet als een passagiersschip. We kunnen geen bedrijfsnaam ontdekken. Dan komen we bij Kinderdijk, waar de grote loodsen van diverse scheepsbouw bedrijven staan. De scheepsbouw draait zo te zien nog goed in deze omgeving.

We draaien stuurboord uit de Nieuwe Maas op, om te proberen nog wat van de beroemde molens te zien. Helaas is de dijk met de Lek zo hoog dat slechts een klein topje van één molen er boven uit steekt. Teleurgesteld keren we weer om richting Rotterdam

   

Al gauw komt de van Brienenoord brug in zicht. Eén van de weinige bruggen in Nederland waar we gewoon onderdoor kunnen varen. De hoogte is op dat moment 24m. Het is getijde water, dus kan daar nog wel verschil in zitten. Daar achter de skyline van Rotterdam Zuid. We naderen de “Hef”, de oude spoorbrug met de officiële naam Willemsbrug, die alleen nog als monument daar staat en altijd geopend is. We vragen een opening aan van de Koninginnebrug er achter en de daaarop volgende Binnenhavenbrug. Dat gaat vlot en zo komen we in de Marina Rotterdam in de Entrepôt haven, waar we om twee uur aanleggen.

 

Een mooie jachthaven omringd door de gerestaureerde pakhuizen van de vijf Werelden. Er staan ook drie gerestaureerde haven kranen, die bij de woningen horen en als kamer gebruikt worden.

   

Omdat het nog vroeg is, wandelen we de Erasmusbrug over en drinken wat op het gezellige terras onder de brug aan de noordzijde.

   

Zaterdag is de weersvoorspelling slecht, dat wil zeggen erg veel wind en in de loop van de dag heftige regen- en onweersbuien. We blijven dus nog een dag liggen.

Op het internet lezen we iets over een markt op het Afrikaanderplein en we besluiten een kijkje te nemen. Het is een kwartiertje lopen en we komen in weer een andere wereld terecht. Rotterdam zuid is het domein van de Surinamers en de markt heeft daar de producten volledig op aangepast. We komen een groentekraam tegen, met een groot aanbod met namen die ik geen van allen ken. Ook de kleding en de bijbehorende paspoppen zijn naar Surinaams voorbeeld, met stevig onderstel zeg maar. We lopen dan weer richting het water en komen bij Hotel New York terecht. We drinken wat op het terras, waarbij we onze naam moeten opgeven en een plaatsje op de wachtbank nemen. Even later worden we opgeroepen en naar ons tafeltje gebracht. We bestellen wat te drinken, maar de lucht begint al aardig donker te worden vanuit het westen en we horen wat gerommel in de verte. Alles gaat gelukkig goed en zonder nat te worden komen we weer aan boord terug. Onderweg waren we een Surinaamse afhaal tent tegen gekomen: “De Palmboom”. We spreken met de vrolijke eigenaar af, dat we die avond voor 6 personen eten komen halen (Niels en Tessa komen op bezoek). We vragen of hij iets lekkers wil samen stellen. Hans zegt nog uit de grap: “Het is toch wel genoeg voor zes personen?” Begint die man te lachen en slaat op zijn royale buik en roept: “Wij zijn Surinamers hoor!”

Nou dat hebben we geweten. Toen we om zes uur het eten gingen halen konden we de bak met nasi bijna niet tillen, daar kwamen nog diverse soorten vlees en gebakken banaantjes bij.

We hebben gesmuld en zowel Niels als wij hebben er de volgende dag ook nog royaal van gegeten. Voor het eten krijgen we toch een stevige bui over ons heen met een onophoudelijk gerommel van onweer dat zonder pauze wel drie kwartier door ging. Later hoorden we dat er vlak in de buurt hagelstenen als golfballen waren gevallen. Mazzel dus.

Zondag 21 juli 2019

Lisse

Om de diverse bruggen (met name Gouda) op ons traject van vandaag tijdig te halen, moeten we op tijd weg. Het is zondag en dus is de supermarkt pas om 12 uur open. Gelukkig hebben we afbak broodjes aan boord. Zodra de dames hun haar hebben geföhnd gaat de walstroom er af en kunnen we vertrekken. We vragen een brug opening aan en gaan op pad, de Hollandse IJssel op.

   

De eerste hindernis is de Algra sluis en brug bij Krimpen . Die draait pas om twintig over tien. Er liggen twee container jongens voor de brug te wachten en dus leggen we langszij maar aan. Dan horen we dat brug wegens de beroepsvaart gelijk om tien uur al een opening maakt. Als de brug open is gaat het schip waar we tegen aan lagen varen, maar door de marifoon horen we waarom het andere schip nog stil ligt. De schipper was ook van twintig over uit gegaan en lag nog op zijn bedje. We gaan dus gelijk achter de eerste aan en blijven in zijn buurt. Zo hebben we alle bruggen voor ons open en schieten we lekker op. Als we bij de Juliana sluis voor Gouda aankomen heeft het andere containerschip ons ook weer ingehaald. Bij de spoorbrug van gouda moeten we voor een rood licht wachten, terwijl de container jongens doorvaren. De pret is over, want ze draaien bij Gouda de container terminal in. Inmiddels vormt er zich al een aardig convooi van zeilboten en motorboten voor de dubbele spoorbrug. Stipt op tijd openen de beide bruggen en kunnen we met z’n allen verder. Via de Gouwe komen we in Alphen bij de Oude Rijn, langs het Avifauna. Daar gaan we stuurboord uit onder de Molenaarsbrug door op weg naar het Braassemermeer. Het is zondag en mooi weer en dus is het een drukte van jewelste op de plas. We zetten tijdelijk de fok erbij en glijden rustig over het meer. Dan langs de Kaag op naar het volgende obstakel, de Kagerbruggen (spoor en A44), die maar op een paar momenten per dag draait. Vanavond om zeven uur draait hij en dan weer morgen ochtend om zeven uur.

 

In het verleden hebben we wel bij Kaagdorp gelegen (erg gezellig), maar dan moet je wel erg vroeg op voor die brug. Daarom besluiten we hem nu te doen en in Lisse te overnachten.

Daar heeft de havenmeester voor ons nog wel plek beschikbaar. We leggen voor de brug aan het remwerk aan en gaan op het gemakje eten (Surinaamse rijst!).

 

Als het zover is maken we los, maar het licht blijft op dubbel rood! Hans is eigenwijs en wil voor de brug blijven. Dan na een kwartier gaat het licht toch op rood/groen. Een opluchting voor ons dankzij een beetje eigenwijsheid, maar de boten die nog aan het remwerk liggen schrikken zich kapot en komen als een haas, met de vlam in de pijp achter ons aan. Dan komen we er achter dat de brugwachter die 2 openingen (één voor noord en één voor zuid) tot een enkele opening heeft gemaakt. Zo komen we toch nog om half acht in Lisse aan.

Maandag 22 juli 2019

Amsterdam

We willen niet al te laat weg en dus ga ik voor achten op pad voor de broodjes. De watertank wordt gevuld en om half tien maken we los. De broodjes worden onderweg gesmeerd. Het is een stralende dag, maar er staat er stevige wind die af en toe doorschiet naar ruim 25 knopen, dus 6 Bft. uit zuidwest. Voor de Cruquius brug moeten we lang wachten met veel grote en kleine schepen in een smalle vaart, met een harde wind van achteren. Door de wind komen we steeds dichter op elkaar en is er nauwelijks ruimte om te manoeuvreren. Een knots van een motorboot voor ons, met een soort autohandelaar aan de knoppen, doet erg lastig en er ontstaat gedoe. Van de andere kant komt na opening van de brug een aantal beroepsvaart schepen die ook ruimte nodig hebben. Achter ons een omgebouwde tjalk die dwars op het water ligt moet draaien waar het niet kan. Alles gaat nog net goed en iedereen is zonder schade door de brug.

 

Dan komen we in Haarlem, waar de eerste brug niet reageert op onze oproep via de marifoon. Als we bellen met rijkswaterstaat, horen we dat de brugwachter er gewoon moet zijn, maar dat zij ook geen contact kunnen krijgen. Na lang wachten zien we een tractor met watertank over de brug rijden om die te koelen. Als die klaar is gaan de bomen eindelijk dicht. Deze brugwachter bedient ook de volgende bruggen en ook die gaan traag. We zien ook de grote motorboot weer voor de brug liggen, maar we blijven er flink uit de buurt. Na de spoorbrug gaan we betalen bij het havenkantoor en met een noodgang weer verder. We moeten nog twee bruggen en een sluis voordat we bij de laatste grote hindernis, de brug van de A9, zijn.

De brugwachters aan de Noord kant van Haarlem doen het geweldig. We kunnen nagenoeg in één ruk door naar de sluis, die de met open deur op ons wacht. Zodra we in de sluis liggen gaan de deuren dicht en worden we geschut. Toch hebben we nog tijd genoeg voor de A9 en gaan aanleggen aan het remwerk. Precies op tijd gaan de bomen dicht en wordt het verkeer op de A9 stilgelegd om ons door te laten. Gek idee dat al dat verkeer voor ons stil staat. Dan nog de brug over Zijkanaal C en we zijn weer op het Noordzeekanaal.

 

Dicht bij Amsterdam zien we het enorme marine schip uit het droogdok van Damen komen, waar we het op de heenreis al zagen liggen. Het is de nieuwe Zr.M. Karel Doorman, die een dokbeurt van 6 maanden heeft gehad. Het is het grootste marineschip van Nederland en een indrukwekkende verschijning op het water. Om 4 uur leggen we zoals altijd in de Sixhaven. We schuiven tussen wat motor jachten op onze plek. Prachtig, zo kunnen we morgen ochtend vertrekken zonder dat we op iemand hoeven te wachten.

   

Ons afsluitende etentje doen we bij Loetje in de marina. Een pont nemen naar het station, de pont ernaast naar de NDSM werf en nog een stukje lopen en we zijn er. Wat een heerlijke biefstukken hebben ze daar. Een paar plakken witbrood om in de jus te dopen. Smullen met een hoofdletter. Bij de werf zien we de bark Europa liggen, een mooi gezicht met veel volk aan boord. Veel mensen bij de pont op de terugweg komen van de bark en nemen enthousiast afscheid van elkaar.

 

We genieten in de Sixhaven van een prachtige heldere avond, met de mooi verlichte Amsterdam toren achter ons. Om twee minuten voor elf zien we ISS, het International Space Station, over komen. Naast ons ligt een huurboot met een groep Zwitserse jongens aan boord. Ik wijs ISS aan en ze zijn dol enthousiast. Dat hebben ze nog nooit gezien en ze praten er nog lang over na.

Dinsdag23 juli 2019

Ketelhaven

Vanwege de openingstijd van de Schellingwoude brug (vanaf 09:00) gaan we op tijd weg.

Het beloofd een hete dag te worden en we bespreken nog even de mogelijkheid om via de Noordzee naar Texel te varen, om daar de warmte van de komende dagen uit te zitten, maar via de marifoon horen we dat de haven van Oude Schild helemaal afgeladen vol ligt. Dus dan maar even afzien op het Markermeer en IJsselmeer. Om negen uur komen we bij de Oranje sluizen aan en al gauw kunnen we de jachtensluis in. Dan is er even geen haast, want de brug draait pas weer om twintig over negen. Dan is het zover, de sluis gaat open, de brug omhoog en gaan we het Markermeer op. We volgen weer de vaargeul naar Lelystad vanwege het Fonteinkruid, dat de west kant bij Hoorn volkomen onbevaarbaar heeft gemaakt.

   

Onderweg zien we een heel groot aantal vrachtschepen naar Lelystad gaan en we hopen dat dit niet te veel overlast bij de Houtrib sluis zal geven. Helaas! Daar aangekomen ligt er al veel te wachten. Een enorme bak met een duw boot er achter gaat er eerst in, dan een volgend vrachtschip, de Vivaldi, die zeer rustig aan doet met zijn schroefwater om de zeilboten niet te veel last te bezorgen. Over de marifoon roept de sluiswachter dat een Duits jacht en wij er nog bij mogen. Wat een geluk. Als de schutting klaar is gaat de duwbak weg en gelukkig ook met weinig schroefwater. De Vivaldi laat ons eerst vertrekken en komt daarna rustig achter ons aan. Hulde voor deze schipper! Aan de noord kant van de sluis is de puinhoop nog groter. Het ligt er vol met o.a. veel schepen van Zeekadetten korpsen, die op weg zijn naar Engeland. Het is zo erg, dat de plezier vaart tot nader order moet blijven liggen. Alleen beroepsvaart wordt geschut.

 

Al met al is het nu de vraag of we de Ketelbrug halen, die om tien voor vier de laatste keer draait tot zeven uur. Met de motor alleen bij halen we alleen de laatste draai. We zetten ook de fok er bij, die doet bij deze wind nog net z’n werk. De motor gaat op 2900 toeren. We lopen gemiddeld 7.2 knopen en moeten om de draai van 15:40 te halen 7.1 doen. Als we bij de brug aankomen is die de cyclus al begonnen. We kunnen zo door varen. Op het Ketelmeer is het voor Marianne en Ineke echt afzien, het is bloedheet buiten en zij gaan alle bagage bij elkaar zoeken en inpakken. Hans en ik maken bovendeks alles schoon en ruimen de zeilen op. Om kwart voor vijf ligt Speer weer op zijn vertrouwde plekje in de Ketelhaven. Vier bagage wagentjes zijn er nodig om alle spullen naar de auto’s te krijgen. We kijken met een voldaan en tevreden gevoel terug op een mooie reis door Nederland. Ons plan is geheel naar wens uitgevoerd.

Totaal afgelegde afstand is 352 zeemijl met 33 motoruren